0 Comments in Geen categorie
Van Voorangst naar Napret

Heb ik genoeg gegeten en gedronken? Of juist te veel? Het water is te koud, verdorie, waarom mag ik niet met een wetsuit zwemmen? Zes kilometer, dat is veel te ver, dat houd ik toch nooit vol? Kijk al die afgetrainde lijven van jonge zwemmers eens, wat doe ik hier? Waarom? De geruststellende gedachte dat we stroom meehebben, landt niet in mijn angstige brein en lijf.

Ik wil weg.

Vol twijfels sta ik op het pontje midden in de Lek bij Beusichem. Om mij heen allemaal mannen en jongens die aan de start staan van de zes kilometer zwemtocht naar Culemborg.

Gelukkig ben ik inmiddels bevriend geraakt met Voorangst, een van de metgezellen in mijn hoofd. Voorangst vlucht, vecht of bevriest het liefst. We springen in de Lek, houden de boot vast aan een lijn en als het startsein klinkt, vertrekken we.

Ik dus ook.

Als ex-waterpoloër en ex-triatleet ben ik gewend aan de wasmachine na de start: iedereen vecht voor zijn positie en zoekt stil water om in zijn slag te komen, ongestoord door aantikkende, trekkende en duwende medezwemmers.

Ik glimlach als ik merk dat ik al snel mijn zone en slag vind. Het eerste positieve zaadje is geplant. Door te doen en me over te geven aan het zwemmen. Voorangst meldt zich af en toe, maar tijdens het zwemmen komen er allemaal geluksmomentjes voorbij. Ik verwonder me over de mooie natuur aan de oevers. Normaal fiets ik over de Lekdijk en nu zie ik de andere kant van de rivier en ook nog eens vanuit een ander perspectief. De blik van bomen en struiken brengt me naar de mangrovebossen in Senegal. Ik zie me daar varen en hoor de opzwepende djembés in de verte. Wat een mooie fietsvakantie heb ik daar gehad!

En voor ik het weet heb ik moeiteloos meters gemaakt. Ik zwem en ben niet bezig met de afstand of het tempo. Ik zie de vele reddingsbootjes om me heen en voel me dankbaar voor al die vrijwilligers die het mogelijk maken dat ik in de Lek mag zwemmen.

Als het eerste grote schip voorbijvaart, voel ik de golven en in plaats van o jee, probeer ik de golven te lezen. Ik pas mijn slag aan en heb zelfs een surfmomentje gevoeld, gedragen door een golf kom ik zonder energie vooruit.

Mijn overleden vader en moeder komen tussen de zwemslagen ook even buurten. ‘Weet je nog Gert dat je als 16-jarige al de Zeemijl van Bloemendaal zwom? Je bibberde uren na de finish nog, maar je werd knap derde.’ Ja, dat was mooi. Mijn ouders hadden me al herkend in de hoge golven, vanwege mijn typische brede Gert-slag.

Soms gaat mijn aandacht naarbinnen. Ik adem rustig in en nog langer uit. Ik voel waar er spanning zit en wonderwel kan ik ook altijd een deel van mijn lichaam vinden dat ontspannen is. Als mijn rechterarm doorhaalt, drijft mijn linkerarm rustig in het water. Spanning en ontspanning in balans.

De laatste twee kilometer hebben we wind en golven tegen en het duurt even voordat ik ritme vind en ja, in de verte zie ik de spoorbrug al. Het gaat me lukken!

Na zes kilometer tik ik het finishbord aan. Niet moe of uitgeput, maar met een glimlach. Blij als een kind. Verwonderd en trots. Met metgezel Napret vier ik feest. Ook nu weer, als ik mijn ervaring met jullie deel.

We zijn voorgeprogrammeerd op Voorangst en nietjes (dank Jeanine Mies voor de aantrekkingskracht van magneetwoorden en positieve taal). Gelukkig kunnen we veel meer dan we denken en voelen. Neem de duik, start, doe, ervaar, speel, leer en beweeg door. De Napret geeft je energie voor nieuwe uitdagingen.

P.S. Toch een duwtje nodig? Bel me voor een zwem- of schrijftraining. Napret gegarandeerd.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *